door: Sandra Arts en Haico van Nunen
De aanpak van het Laurentiusplein onderscheidt zich door verschillende niveaus. Dit sluit aan bij de dagelijkse praktijk van woningcorporaties waarbij niet meer naar één oplossing gestreefd wordt. Er zijn verschillende mensen en het toekomstperspectief van de woningen is ook verschillend. Daarom moeten er ook verschillende oplossingen bedacht worden. De aanpak van de 143 woningen in het Limburgse Voerendaal is dan ook onderverdeeld in groot onderhoud, een deel hoogniveaurenovatie en een deel cascorenovatie. Daarbij wordt er een aantal woningen gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw. Iedere niveau vraagt om zijn eigen aanpak en eigen technieken.
Laurentiusplein en omgeving
De 143 woningen aan het Laurentiusplein zijn in periode 1915 tot 1921 gebouwd als mijnwerkerskolonie, de sociale huisvesting voor de mijnwerkers die in de Limburgse steenkolenmijnen werkzaam waren. De woningen zijn ontworpen door de architect Jan Stuyt. De tuindorpgedachte vormde de basis van het stedenbouwkundig en architectonisch concept. Kenmerkend aan zijn ontwerpen zijn de typisch landelijke architectuur, de duidelijke scheiding tussen openbaar en privé, de ruime opzet (grote kavels) en een verwijzing naar een organische opbouw (romantisch, landelijke opzet).
Oorspronkelijk hadden de verschillende woningtypen van het complex vrijwel dezelfde plattegrond. Op de begane grond bevond zich de woonkeuken en een voorkamer, met in de bijbouw het washok en een kleine bergplaats. Op de verdieping waren de slaapkamers, waar in het algemeen met veel mensen tegelijk werd geslapen. Het klinkt nu allemaal krap bemeten, maar voor die periode waren de woningen ruim te noemen.
Tot circa 1930 beschikten de woningen niet over een eigen wateraansluiting. De pomp op het pleintje was de gemeenschappelijke watervoorziening. De bestrating bestond aanvankelijk uit steenslag, maar de aanleg van de riolering in de direct naoorlogse periode heeft ook dit beeld gewijzigd. De straten zijn op dat moment van klinkers voorzien. Begin jaren vijftig werd de eerste provisorische douche in de berging aangebracht, om aan de eisen van dat moment te voldoen.
Zestig jaar na de bouw bleek dat de indertijd riante woningen niet meer volledig voldeden aan de eisen van die tijd. Er was behoefte aan meer ruimte en de voorzieningen van de woningen zoals die rond 1920 zijn aangebracht voldeden niet meer. In de zeventiger jaren komt dan ook een grote renovatie voor de buurt. Door de renovatie werd de uitrusting van de woningen (keuken, douche, toilet, verwarming) op een algemeen aanvaardbaar peil gebracht. Onderhoud en comfort stonden bij de aanpak medio zeventiger jaren hoog op het programma.
De bestaande aanbouwen werden vervangen door een grotere aanbouw met een plat dak, met daarin een badkamer, keuken en toilet. Ook werden er nieuwe grotere bergingen geplaatst. De karakteristieke rode keramische pannen werden vervangen door grijze betonpannen en de gesloten wand aan de buitenbocht van het Laurentiusplein werd opengebroken. Met deze laatste twee maatregelen krijgen de woningen een totaal ander uiterlijk.
Dertig jaar later, rond 2000, is opnieuw een moment aangebroken om de woningen woon- en bouwtechnisch aan te passen. Uitgangspunten bij de aanpak van het complex waren onder meer handhaving van het stedenbouwkundig beeld (het historisch relict) en differentiatie naar kwaliteit, prijs en eigendom. Het bieden van ruimte en flexibiliteit maakt het mogelijk om ook op de langere termijn het gebouw te kunnen gebruiken. Het realiseren van draagvlak bij alle betrokkenen is een vereiste bij een gecompliceerde projectaanpak zoals hier. Men heeft te maken met nieuwe bewoners, maar ook met zittende en terugkerende bewoners . Resultaat van de aanpak was een gevarieerd plan: sloop (17 woningen), nieuwbouw (24 seniorenwoningen), groot onderhoud (68 woningen), cascorenovatie (35 woningen) en hoogniveaurenovatie (23 woningen, waarvan 8 seniorenwoningen en 15 eengezinswoningen).
Beeldkwaliteitsplan
In het kader van het behoud van de cultuurhistorische waarde van het complex is de afspraak met de gemeente gemaakt een beeldkwaliteitsplan op te stellen, waarin vastgelegd werd wat het gewenste beeld is van het complex, ook voor de toekomst. Het beeldkwaliteitsplan richt zich op het gebied van het te behouden deel van het complex. Het plan omvat zowel het straatbeeld, de woningen als de achterterreinen. Het beeldkwaliteitsplan formuleert uitgangspunten om de oorspronkelijke kwaliteit terug te brengen en, voorzover nog aanwezig, te versterken.
In het beeldkwaliteitsplan zijn uiteindelijk drie soorten maatregelen vastgesteld:
– Restauratief herstel. Het herstellen van historisch karakteristieke elementen (monumentaal herstel). Bijvoorbeeld het terugbrengen van schoorstenen en rode dakpannen.
– Functioneel herstel. Het leesbaar maken van oorspronkelijke ontwerpuitgangspunten. Bijvoorbeeld het opnieuw inrichten van het pleintje met groen en het terugbrengen van de pomp. Het herstellen van de oorspronkelijk gesloten straatwand door middel van het verbinden van de woningen (letterlijk herstel was niet meer mogelijk).
– Verzachtend herstel. Opheffen van huidige knelpunten. Te denken valt aan het bevorderen van het parkeren op eigen terrein en het terugbrengen van het tegelwerk ter plaatse van de kopgevels. Ook het dichtzetten met onderscheidend metselwerk van oorspronkelijke gevelopeningen in de kopgevels is een voorbeeld van verzachtend herstel.
Voor het formuleren van de maatregelen aan bebouwing en erven volgend uit het beeldkwaliteitsplan is het gebied verdeeld in drie deelgebieden: het hof, hierin zijn de woningen van de hoogniveaurenovatie gelegen, Laurentiusplein buitenbocht, hierin zijn de woningen van de cascorenovatie gelegen en Laurentiusplein binnenbocht, hierin zijn de woningen van het grootonderhoud gelegen.
Voor de beschrijving van de maatregelen aan de openbare ruimte en achterpaden is het gebied is vier delen verdeeld: het hof, de straat van het Laurentiusplein, de noordelijke en zuidelijke toegang van het complex en de centrale as. De gemeente heeft mede gezorgd voor de planontwikkeling en de realisatie van dit deel van het beeldkwaliteitsplan.
Het renovatieplan
Hieronder is voor ieder ingreepniveau een andere omschrijving gegeven. Afhankelijk van het toekomstperspectief zijn er maatregelen uitgezocht die de gewenste kwaliteit bieden. Wat deze kwaliteit precies is wordt toegelicht in het kader ‘kwaliteitsprofielen toegepast’. Van de uitgevoerde maatregelen is telkens één techniek nader uitgewerkt. Aan de hand van deze techniek wordt onder andere ingegaan op het eindresultaat. De relatie tussen het ontwerp, de uitvoering en de eindkwaliteit wordt hiermee benadrukt.
Groot onderhoud (68 woningen)
Ingreepniveau
Aan de woningen aan de binnenbocht van het Laurentiusplein en aan de Tenelenweg wordt het benodigde onderhoud gepleegd, niet alleen om de staat van onderhoud te verbeteren, maar zeker ook om de kwaliteit en het uiterlijk voor de komende 15 jaar te garanderen. Na deze periode kan men opnieuw bekijken wat men met deze woningen wil gaan doen. Op dat moment kan opnieuw naar de specifieke vraag gekeken worden. Door deze benadering wordt nu differentiatie in de buurt gecreëerd.
Maatregelen
Bij alle woningen zijn de voor- en zijgevels gereinigd, draairamen vervangen en kozijnen en ramen voorzien van dubbelglas. Alle buitenhoutwerk is geschilderd. Het dak van de aanbouw en berging is verbeterd door het aanbrengen van isolatie en nieuwe dakbedekking. Tevens zijn plaatselijk de boeiboorden en de hemelwaterafvoeren vervangen.
In de woning zijn ter plaatse van de plafonds op de verdieping gipsplaten aangebracht, daar waar deze nog niet aanwezig waren, en is de uitrusting van veel keukens, badkamers en toiletten vernieuwd. Ook is er een mechanisch ventilatiesysteem in de woningen aangebracht. Buiten de woningen is de verzamelleiding van de riolering vernieuwd.
Daarnaast zijn er per woning kleine reparaties uitgevoerd. Enkele van de uitgevoerde maatregelen volgen uit het beeldkwaliteitsplan, zoals het corrigeren van de kozijnindeling en het herstellen van het tegelwerk ter plaatse van de kopgevels.
Gebruikte techniek
Vaak wordt er heel simpel gekeken naar maatregelen en de uitwerking van de maatregelen. Juist aandacht voor de manier waarop iets wordt gerealiseerd is van belang om een woning te krijgen die kwaliteit heeft. Uiterlijk van het gebouw is een kwaliteit die mensen direct opvalt. Niet iedereen kan aangeven waar die kwaliteit dan in zit, maar een mening over ‘mooi’ of ‘lelijk’ heeft men al snel klaar. Zo heeft men bij een eerdere renovatie (1970) de kozijnen van de woningen vervangen door kozijnen zonder een verdere geleding. Het oorspronkelijke ontwerp gaat uit van kozijnen die zijn verdeeld in vele kleine raampjes. Dit is ingegeven doordat men destijds nog geen grote glasoppervlakken kon maken. Maar door deze verdeling hebben de woningen wel een kenmerkende gevelverdeling gekregen. Echter door de toepassing van de grote kozijnen zonder een verdere verdeling heeft de woning kenmerken verloren. Door nu bij groot onderhoud kozijnen met een geleding te gebruiken is dit weer hersteld. Herkennen van ontwerpuitgangspunten en het zoeken naar passende technische oplossingen is essentieel om en goed resultaat te krijgen.
Ingreepniveau
Het tweede gebied omvat de beide buitenbochten van het Laurentiusplein. Hier is niet zozeer sprake van een plein, maar is juist de kromming van de straat en de bijbehorende gevels karakteristiek. De ingreep laat zich hier het best omschrijven als een casco renovatie. Het herstellen van het straatbeeld heeft er hier toe geleid dat het historische karakter van de buurt behouden blijft. Deze ingreep is gericht op een langere termijn. Deze woningen zijn geschikt gemaakt voor de verkoop. De ingreep heeft zich dan ook met name op het uiterlijk en de buitenkant gericht, zodat de nieuwe eigenaren hier de eerst komende periode geen omkijken naar hebben. De woningen die in eerste instantie niet verkocht zijn, zijn intern (keuken, badkamer en toilet) aangepakt conform het grootonderhoudsplan. Verkoop kan hier op een later tijdstip nog plaats vinden.
Maatregelen
Naast de grootonderhoudsmaatregelen die hiervoor al zijn beschreven, zijn de oorspronkelijke knipvoegen teruggebracht, is de indeling van de woonkamerkozijnen hersteld, zijn de schoorstenen (bovendaks) teruggebracht en is het dak voorzien van nieuw dakbeschot, isolatie en rode keramische pannen. Daarnaast zijn er poorten tussen de woningen met de topgevels aangebracht. Deze maatregelen zijn het resultaat van het beeldkwaliteitsplan, waarin herstel en behoud van de karakteristieke onderdelen voorop stond en uitgebreid beschreven is.
Gebruikte techniek
In het oorspronkelijke ontwerp vormden deze woningen een dichte wand langs het Laurentiusplein. Bij eerdere werkzaamheden zijn delen van de woningen weggebroken, de keukens die er zaten zijn achter de woning verplaatst. Naast de woningen is ruimte ontstaan. Gelijk met het wegbreken van de keuken heeft men de ruimte op de verdieping vergroot door het dak enigszins op te tillen. Het straatbeeld is hierdoor gewijzigd.
Als men bij de voorgestelde maatregelen rigoureus zou zijn, zou de oorspronkelijke situatie weer teruggebracht worden (restauratief herstel). Een aantal wijzigingen uit de jaren ‘70 zou dan weer teruggedraaid worden. Dit zou echter beteken dat mensen weer minder ruimte krijgen op de verdieping, en dat met het terugbrengen van de keuken op zijn oude plek men een hele kleine keuken krijgt. Er is daarom gekozen om de huidige situatie te handhaven, maar wel de plekken te ‘verzachten’.
Op de foto is duidelijk een vloeiende daklijn te zien. De keuken ligt op het laagst punt en is daar weggebroken. Hier is een nieuwe zijgevel gemetseld, die doorsteekt naar voren. Hierdoor lijken de woningen op zichzelf te staan. In plaats van de gevel die de straat volgt uit het ontwerp van Stuyt (foto 7a), heeft men nu telkens een gebouw dat wordt begrensd door twee haaks op de gevel staande muren. Door bij het herstellen van het metselwerk juist de gevel die aan de straat loopt, door te laten lopen wordt een deel van de doorgaande lijn herstelt. Op foto 8 is dit duidelijk zichtbaar. Ook hier werken de verschillende kleuren van de stenen en het opnieuw voegen mee om dit verschil duidelijk te maken. Om het beeld compleet te maken zijn er poorten tussen de woningen geplaatst. Daar waar voorheen de aanbouwen van de woningen de straat begeleiden wordt dit nu door de poorten gedaan. Met schijnbaar eenvoudige maatregelen, kiezen van metselwerk, maar ook aandacht voor de richting waarin metselwerk wordt uitgevoerd bepaalt in hoge mate de uiteindelijke kwaliteit.
Hoogniveaurenovatie (23 woningen)
Ingreepniveau
Deze woningen welke gelegen zijn in het hof vormen het hart van het Laurentiusplein zijn aan de buitenzijde monumentaal aangepakt en worden intern volledig gewijzigd. Ze zijn door de jaren heen verschillend uitgebreid en aangebouwd. Nu worden deze 23 woningen voor verschillende doelgroepen geschikt gemaakt. 15 woningen worden eengezinswoningen en 8 woningen worden seniorenwoningen. Bij de seniorenwoningen zijn alle voorzieningen op de begane grond aanwezig. Op de verdieping is extra ruimte beschikbaar. De eengezinswoningen zijn vooral bestemd voor een- en tweepersoonshuishoudens. De kwaliteit die hierbij gerealiseerd wordt ligt op nieuwbouwniveau. Met name het verwijderen van de verschillende aan en uitbouwen en het vervangen door een uniforme uitbouw levert een casco op dat veel meer mogelijkheden heeft dan voorheen. Met het veranderen van de gebouwtypen wordt de totale differentiatie in de buurt compleet. De woningen aan het Laurentiusplein zijn geselecteerd vanwege hun stedenbouwkundige ligging en de karakteristieke uitstraling. Met de uitgevoerde maatregelen worden de 23 woningen een belangrijk onderdeel van het plan.
Maatregelen
Het oorspronkelijke karakter van de woningen is teruggebracht in gevelmetselwerk met knipvoeg, kozijnindeling, dakvorm en keramische pannen. Technisch gezien worden de woningen gelijkwaardig aan nieuwbouw uitgevoerd.
De achterterreinen worden opgeschoond, zodat het oorspronkelijk open karakter terugkomt. Parkeren krijgt op eigen terrein ruimte. Voor bezoek zijn twee parkeerterreinen aan de achterzijde beschikbaar. De tuinen en het openbaar groen maken onderdeel uit van de aanpak. In het ontwerp is qua materiaalkeuze onderscheid gemaakt tussen de bestaande hoofdbouw en de nieuwe uitbouw. Tijdens de uitvoering verbleven de (terugkerende) bewoners in wisselwoningen. Dit was ongeveer bij de helft van het aantal woningen.
Gebruikte techniek
Als we kijken naar de hoogniveaurenovatie dan is de meest opvallende werkzaamheid de verschillende woningtypen die er in de woning gerealiseerd zijn, een combinatie van eengezinswoningen en seniorenwoningen. Oorspronkelijk bestaan de woningen uit een woonkamer, met aan de achterzijde een uitbouw voor een washok. Door de jaren heen is hier een keuken aangebouwd en is er een berging aan het voormalig washok gebouwd. De indeling van al die ruimtes is niet optimaal. Bij de hoogniveaurenovatie zijn dan ook al deze latere uitbouwen verwijderd en is er een uniforme uitbouw verschenen. Deze uitbouw is in een donkere steensoort gemetseld, hiermee is er een duidelijk verschil tussen het oude en het nieuwe. Het mag zichtbaar zijn dat het om herstel en vernieuwing gaat, maar wel in lijn met het oorspronkelijke ontwerp. Ondanks dat het hier over een hoogniveaurenovatie gaat wordt hierbij niet uit het oog verloren dat het om een historisch waardevol project gaat. De verbeteringen aan de woningen moeten wel het comfort verhogen zodat de kwaliteit gelijk is aan nieuwbouw, maar het oude karakter en de uitstraling, moeten gehandhaafd blijven. Verschillende maatregelen zijn getroffen om daar voor te zorgen.
Sloop (17 woningen)
Er is nog een vierde gebied, dat betreft de sloop van 17 woningen waar vervangende nieuwbouw komt (24 seniorenwoningen). Stedenbouwkundig gezien vielen deze woningen enigszins buiten het gebied. Sloop met vervangende nieuwbouw is hier dan ook de gekozen optie. Dit biedt tevens de mogelijkheid om gebouwtypen te realiseren die in de bestaande woningen niet mogelijk zijn.
Samenhang in de aanpak
De drie gebieden moeten niet als losse delen beschouwd worden. Differentiatie in de aanpak levert voor de woningcorporatie woningen op met een verschillende kwaliteit en zijn geschikt voor een verschillend marktsegment. In overleg met de gemeente is een beeldkwaliteitplan opgesteld, waarin de verschillende cultuurhistorische waarden zijn opgenomen. Dit vraagt vanaf het begin om een totaalbeeld van de hele omgeving om dit tot een goed eindresultaat te brengen. Bij ieder niveau horen verschillende maatregelen en verschillende technieken. De juiste technieken moeten op het juiste niveau worden ingezet.
Maatregelen en techniek
De aanpak bij het Laurentiusplein is een mooi voorbeeld om te laten zien wat met bouwen allemaal gedaan kan worden. Het maken van een ontwerp is één, het uitvoeren zodat het ontwerp ook het effect heeft wat beoogd was is twee. Dat staat of valt met de keuze en uitvoering van de technische oplossingen. Hierin maakt het niet uit of het gaat om het plaatsen van kozijnen, het vernieuwen van metselwerk of aanpassingen aan een casco. Bij al deze zaken geldt dat de werkwijze die wordt toegepast recht moet doen aan het ontwerp.
Dit artikel heeft de nadruk gelegd op de verschillende aanpakken in het plan en de wijze waarop dit gerealiseerd is. Door telkens een oplossing nader te beschrijven is aangegeven hoe het resultaat geoptimaliseerd kan worden. Nog dieper duiken in de techniek is natuurlijk altijd mogelijk, echter fabrikanten en leveranciers weten hier veel meer over te vertellen. Belangrijk is om de producten en onderdelen zo in te zetten dat een resultaat wordt verkregen waar mensen met plezier in kunnen wonen. En dan maakt het niet uit of het voor 15, 30 of 40 jaar is, er moet kwaliteit geleverd worden.