EENVOUD IN HET GROEN

Door Martin Liebregts

De herhaling

In de wederopbouwperiode na de oorlog verschijnen de eerste systeemwoningen op het toneel, om mede een antwoord te geven op het groeiend woningtekort. Een van deze systemen wordt aangeduid met het systeem Welschen. Toevallig kwam ik in een boekwinkel in Coevorden een boekje over het tuindorp aldaar tegen, dat circa tien jaar geleden gesloopt was (1). Een kort citaat uit het boekje geeft een beeld van het verleden:

‘Het werden witte huizen en daarom wordt het ook wel het ‘Witte Tuindorp’ genoemd. Anderen noemden het Jeruzalem. Het nieuwe Tuindorp werd een nieuw lustoord. Het was heel mooi aangelegd. De huizen stonden in een groene ruimte van gazons, tuinen en bomen. …In het nieuwe Tuindorp daarentegen kwamen veel leraren en ambtenaren te wonen in een voor die tijd heel gerieflijke woning.’

De woningen beschikten over gemeenschappelijke voortuinen. Deze wijk vertoonde grote overeenkomst met twee complexen waarvoor wij als bureau de afgelopen jaren renovatieplannen hebben ontwikkeld en die uitgevoerd zijn of worden: De Witte Wijk in Heerlen (2) en Prinses Margrietstraat e.o. in Middelburg (3). Ook deze wijken, rond 1950 gebouwd met Welschen-woningen, beschikten (oorspronkelijk) over gemeenschappelijke voortuinen en zijn stedenbouwkundig zeer ruim opgezet. In alle drie projecten was de kracht gelegen in de stedenbouwkundige opzet, waarbij de eenvoud van de woning juist die kwaliteit ondersteunde.

Eenvoud in het groen

De oorspronkelijke architectuur is sober. De bouwstenen, die het accent geven, zijn bescheiden en bestaan uit betonnen sierkaders ter plaatse van de voordeur, al of niet in combinatie met een luifeltje, betonnen sierelement als puivulling, gemetselde schoorsteen of siermetselwerk ter plaatse van de kopgevel. In de loop der jaren is de kozijnindeling gewijzigd en is deze beperkte verfijning verdwenen. Ondanks deze architectonische versobering blijft het geheel door de stedenbouwkundige setting toch nog ‘aardig’ en aantrekkelijk ogen.

Behoud van eigenheid

In de twee projecten – Heerlen en Middelburg – is bewust gekozen om de eigenheid van de buurt, dat bestaat uit een samenspel van stedenbouw en architectuur, te behouden en de woningen weer voor vijfentwintig à dertig jaar geschikt te maken voor bewoning. In beide gevallen ligt de aanpak bij de schil (gevel en kozijnen). Door kleine accenten aan te brengen, is gepoogd om de oorspronkelijke eenvoud een beetje te laten schitteren. En dat is toch vaak de opgave bij de aanpak van de bestaande woningvoorraad.
Pas nu wordt duidelijk wat de kracht van een stedenbouwkundig concept is en wat ervoor pleit de kwaliteit van dit concept met elkaar te koesteren. Eenvoudige architectonische woningen kunnen pronken in een samenhangende setting van groen en ruimte.

Bronnen
(1)  ‘Tuindorp, door de jaren heen’, Leidy van Nuil-Brunink en Hennie Bos-Lennips, Dalen 2003
Dit boek gaat over de speeltuinvereniging BSV Tuindorp en zijdelings worden ook het Rode Tuindorp (1921) en het Witte Tuindorp (1950-1952) behandeld. Beide complexen zijn in de loop der tijd vervangen. Het Witte Tuindorp is een stedenbouwkundig plan van J.A.M. de Boer (154 woningen)
(2)  De Witte Wijk te Heerlen omvat 260 eengezinswoningen, die in 2005/2006 zijn gerenoveerd. De stedenbouwkundige was Jos Klijnen en architect Stoks, die aan de basis van het plan uit 1951 gestaan hebben
(3)  Het complex van 42 eengezinswoningen en 88 duplexwoningen in de Prinses Margrietstraat e.o. in Middelburg zijn een ontwerp van Groosman. De uitvoering van de renovatieplannen vindt plaats in 2012

VANEG-WONINGEN, OPNIEUW DE TOP VAN DE WONINGMARKT

Door Sandra Arts

In Nederland zijn in de jaren 70 circa 7.000 woningen gebouwd volgens het bouwsysteem Vaneg. Vaneg is een montagebouwmethode voor laagbouwwoningen met geprefabriceerde betonelementen die op het werk worden gemonteerd. De wandelementen bestaan uit verdiepingshoge elementen en de vloerelementen van de verdiepingen zijn vertrek breed. De langsgevels zijn samengesteld uit geprefabriceerde houten pui-elementen en de begane grondvloer bestaat uit een systeemvloer. De woningen waren bij oplevering het toppunt van comfort door de grootte en de aanwezige uitrusting (CV, badruimte). Nu, ruim veertig jaar later, kennen de woningen veel bouwkundige problemen zoals vocht, tocht, geluidsoverlast en de energetische kwaliteit is zeer gering. Ze komen in de huidige situatie uit op label F.

Nieuwe situatie
Voor woningbouwvereniging Wonion te Ulft hebben we in een consortium met BAM meegedaan aan een selectie voor de renovatie van dergelijke woningen. Voor de woningbouwvereniging vormde de nieuwe generatie op de woningmarkt aanleiding voor een bijgesteld programma.

Het ging hierbij om de renovatie van 115 woningen die onderdeel uit moeten gaan maken van twee buurten met elk een andere sfeer, de Parkbuurt en de Gaarden. Door deze studie zijn we als bureau goed op de hoogte van wat de eigenschappen en de mogelijkheden zijn van deze woningen.
In ons voorstel strippen we de woningen volledig, dat wil zeggen de voor- en achterpuien en het buitenblad vervangen, waardoor door een nieuwe schil aan te brengen de energetische kwaliteit van de woningen op een hoger nivo wordt gebracht. Door ter plaatse van het metselwerk, steenstrips toe te passen kan de totale constructiedikte beperkt blijven waardoor ook de huidige fundering voldoet. De realisatie van dit alles kan binnen 9 dagen waardoor de overlast voor de bewoners wordt beperkt.
Daarnaast worden energetisch drie varianten aangeboden: energielabel B, A en A+. Per variant  kan een indicatie gegeven worden voor de woonlasten na renovatie. Lees verder

REFLECTIE: Karakterworkshop en Co-engineering, een vorm van collectief bouwmeesterschap

Auteur: Martin Liebregts

Een serie over de beeldkwaliteit  (5 )

De vakantie staat voor de deur en er ontstaat ruimte voor enige reflectie over de afgelopen periode. Een thema dat bij alle rust de volle aandacht kan krijgen, is beeldkwaliteit en schoonheid. Juist in de periode van rust, zoals tijdens de vakantie, nemen we daar tijd voor. We gaan de schoonheid van de natuur bewonderen of in musea ons vergapen aan de verbeeldingskracht van anderen en in de kerken ons laten inspireren door het samenspel van beeld, licht en ruimte. In de serie over de beeldkwaliteit, die in de eerste helft van dit jaar gepubliceerd is, is gepoogd de alledaagse schoonheid, die ons omringt, bespreekbaar te maken.

Lees verder

VERHALEN VAN HET NIEUWE BEELD, de beeldaanpassing van een rijtjeswoning

Auteurs: Martin Liebregts en Sandra Arts

Een serie over de beeldkwaliteit (4)

Het aansprekend beeld
Het beeld neemt een steeds dominantere plaats in onze maatschappij in. Wij kiezen de voorwerpen, de goederen en de omgeving, mede op basis van het beeld en de verwijzingen van de beelden naar een (veronderstelde) wereld. Je zou het ook het karakter kunnen noemen dat het beeld respecteert. De grote opkomst van alle retro-stijlen houdt mede verband met onze zoektocht naar zekerheid, al of niet gedreven door nostalgie. Geen enkele architectuurstijl is hier los van te zien. Het verleden is hier een overtuigend bewijs van, waarbij voortdurend teruggegrepen werd op het bouwen uit het verleden, met toevoegingen als klassiek, neo of retro. Bij de aanpak van de rijtjeswoningen uit de periode 1945 tot 1975 zal het te realiseren beeld ook een belangrijke rol spelen. De techniek bepaalt dan niet de (intrinsieke) waarde, maar het beeld in combinatie met gebruik van materialen (textuur).

Om hier een aanpak voor te ontwikkelen, die het unieke, eenmalige project overschrijdt, met behoud van de (lokale) exclusiviteit, zullen de bouwstenen voor de architectuur geformuleerd moeten worden, in combinatie met het te realiseren comfort. De zoektocht zal in eerste instantie toch het karakter krijgen van het duiden van de beeldkwaliteit aan de hand van referenties (zie ook 1).

Lees verder

De serie van één: van plannen naar inpassen

Auteurs: Martin Liebregts en Sandra Arts

Decennia lang heeft de uniformiteit overheerst in de woningbouw. Dit geldt ook voor de praktijk van de renovatie. Het gemiddelde bepaalde de plannen en het percentage van de noodzakelijke deelname aan de renovatie, zorgde ervoor dat alles naar het gemiddelde verschoof. Geleidelijk aan neemt de gedachte toe, dat verschillen het leven en het wonen kleur geven en dat beperkt zich niet tot de voordeur. Vooral nu de eigenaar-bewoner de dominante positie op de woningmarkt is geworden (60 procent), begint het ook in de huursector door te dringen dat ook in dit segment veel ruimte voor contrasten nodig zijn. Zoals een stad het resultaat is van wat bewoners in de opeenvolgende perioden nastreefden, zo geldt dat ook voor de buurt en de afzonderlijke woningen. Uiteindelijk wordt het beeld niet bepaald door wat enkele deskundigen als zinvol of mooi beschouwen, maar is dit het resultaat van de inspanningen van velen.
Lees verder

REFLECTIE: Het gevoel voor schoonheid, de basis voor vernieuwing voor de gebruiker

Een serie over de beeldkwaliteit (3)

Door Martin Liebregts en Sandra Arts

 

Schoonheid, een kwestie van beschouwen
Alle deskundigen laten zich bij hun onderzoek naar nieuwe oplossingen leiden door hun gevoel voor schoonheid. Of het nu om wiskundigen, biologen of ontwerpers gaat, de schoonheid van de oplossing en de aanwezige verhoudingen zorgen ervoor dat de zoektocht voortdurend herhaald wordt. En als je dit beweert, kom je bij de essentie van het begrip ‘schoonheid’. Het gaat om beschouwen. Reeds velen hebben hier hun licht op geworpen1. In het kader van dit artikel verwijzen we voor de ‘diepere’ overwegingen naar deze bronnen. De enige opmerking die ik wil maken is dat de woorden schoonheid en beschouwing tot dezelfde basis behoren. Bij beide gaat het om kijken. In wezen is schoonheid dus in eerste instantie een wijze van kijken.
In dit artikel willen we het over schoonheid in relatie tot de vernieuwingen in de bouw en de gebruiker hebben. Bij de gebruiker gaat het vaak om het detail, maar het detail krijgt pas een plaats in het grotere geheel. De ontwerper is degene, die eerst kijkt naar proporties (lengte, breedte, hoogte), dan naar de lijn en tot slot naar het detail 2. Maar dat detail moet passen. De bewoners zien vooral de details. Ze vinden iets mooi omdat het grote geheel klopt (de verhoudingen, compositie e.d.), het is eigenlijk een vanzelfsprekendheid geworden. Als het grote geheel niet klopt dan zullen ze iets niet mooi vinden, maar zullen zich dan toch vooral uiten op de details.

Lees verder

Toolkit Kanaleneiland-Zuid

Door Martin Liebregts en Sandra Arts

In opdracht van de projectgroep Kanaleneiland-Zuid is er door de BouwhulpGroep, samen met Vollmer&Partners, een toolkit ontwikkeld ter ondersteuning van de kwaliteitsaanpassing van een stempel. Het resultaat is het product van samenwerking van vele partijen (naast de twee bureaus, woningcorporaties en gemeente).

Voor de verschillende bouwstenen, resp. componenten van de stempel, zoals flatblok, met zijn diverse onderdelen (gevel, woning, entree, etc.), binnenstraat en binnenterrein, zijn uiteenlopende kwaliteitsaanpassingen benoemd. De erbij behorende afweging en consequenties zijn vastgelegd in toolbladen.

Het gaat in de praktijk niet alleen om maatregelen, maar ook om de onderliggende thema’s. Met andere woorden, waarom neem je zo’n maatregelen? En kwaliteit, die ook de emotie aanspreekt, is een belangrijke, sturende kracht bij de keuze. De thema’s die bij deze toolkit zijn gehanteerd betreffen:
–  Veiligheid en uitstraling/uiterlijk
–  Comfort en imago
–  Duurzaamheid en differentiatie

Uitgangspunt is, dat aan de basis van de maatregelen zoveel mogelijk de aanwezige kwaliteit versterkt, gecorrigeerd of weer zichtbaar gemaakt wordt. De titel van de toolkit ‘Op zoek naar het eigene’ verwijst hiernaar.

Klik hier om het gehele rapport te downloaden (7mb)

REFLECTIE: de gevel van het blok als eenheid

Een serie over de beeldkwaliteit (2)

Door Martin Liebregts en Sandra Arts

Het verschijnsel rijtjeswoning, waarbij eenzelfde woning achter elkaar wordt geschakeld als strengperssteen, dateert pas van de jaren zestig uit de vorige eeuw. Vooral de systeembouw had hier patent op. Woningen werden niet meer gespiegeld met gecombineerde voordeuren, kopgevels kregen geen enkel accent en het dak was een doorlopend geheel. De eenvoud als beeldtaal ten top. In voorafgaande perioden was er sprake van een totaal andere beeldtaal en -traditie in de woningbouw.

Welke lessen zijn er uit het verleden te trekken en wat betekenen ze voor de aanpak van de bestaande woningvoorraad, waar het rijtje de basis van het blok vormt? De aanpak van de bestaande woningvoorraad vraagt bij de bewerking van het beeld om heroriëntatie. Maar de voortdurende vraag is, welke ruimte er bestaat in de praktijk. Alvorens deze vraag te kunnen beantwoorden, kijken we eerst terug naar het gebruik van de beeldtaal in het verleden.

Lees verder

REFLECTIE: schoonheid, uiterlijk of harmonie

Een serie over de beeldkwaliteit (1)

Door Martin Liebregts

Het was een tekst van Roger Scruton, die me ertoe verleidde dit artikel te schrijven. In het boek Schoonheid stelt hij ergens: ‘In de stedenbouw is het doel in eerste instantie dat dingen in hun omgeving passen, niet dat ze sterk opvallen… En als je wilt opvallen, moet je de aandacht die je vraagt ook waard zijn.’

Het gaat dus om alledaagse schoonheid, die verband houdt met een vorm van passendheid of harmonie, los van de smaak van de afzonderlijke personen. Want hoe vaak hoor je: ‘ik vind het niet mooi’, of ‘ik vind het mooi’. Zeker bij aanpassing van de gebouwde omgeving probeer je uit te stijgen boven het waardeoordeel van de individuele smaak. Het is vooral zoeken naar de objectieve maatstaf, die bij de beeldkwaliteit een rol speelt. En de vraag is of die bestaat, los van de tijdgeest of het moment van de mode.

Lees verder

Van stedenbouw tot plattegrondontwikkeling

Een renovatieplan voor een uitbreidingswijk uit de jaren ’50 in Middelburg

Door Sandra Arts

De opgave
Het perspectief is om de 42 eengezinswoningen en 84 duplexwoningen opnieuw geschikt te maken voor een langlopende exploitatie, waarbij vooral de energetische prestatie verbeterd wordt. De corporatie is hierbij op zoek naar een verbeterplan voor de verschillende ingrepen die ze voor de woningen in gedachten hadden. Een gedeelte van de duplexwoningen moet bestemd worden voor een nieuwe bijzondere doelgroep, het andere gedeelte van de duplexwoningen moet ontduplext worden en eventueel verkocht als kluswoningen, waarbij alleen de schil wordt aangepakt. Voor de eengezinswoningen geldt alleen een renovatie.

Lees verder