EEN NIEUW ‘WARM’ UITERLIJK

Door Sandra Arts

voor renovatie

Situatie
De wijk Bloemstede in Maarssen bestaat uit een stempelverkaveling met allemaal vrijwel identieke woningen gebouwd in de periode 1973-1975. De stempels zijn gegroepeerd in zogenaamde clusters/eenheden. Binnen een cluster is een centraal parkeerplein waar omheen de woningen gerangschikt zijn.
Zowel qua uitstraling als ontwerp zijn deze woningen typerend voor de eengezinswoningen in Nederland uit deze tijd. Ze hebben een smalle beukmaat en de berging is gelegen aan de voorkant van de woning. De gevels bestaan uit betonsteen en gewassen betonnen borstweringselementen.
Woningcorporatie Portaal bezit circa 360 woningen in deze wijk. 151 kleine eengezinswoningen in een complex met het woningtype dat gerenoveerd is, 84 grote eengezinswoningen in een complex waarvan de woningen bij mutatie verkocht worden, 125 meergezinswoningen, waarvan circa de helft bij mutatie verkocht wordt. Twee blokken, bestaande uit 20 woningen, vormden de pilot voor de renovatie, waarbij voornamelijk de schil geïsoleerd werd.
Door de bestaande gevelconstructie te handhaven en aan de buitenzijde te isoleren, hebben de woningen een compleet nieuwe en frisse uitstraling gekregen. Lees verder

Bewoners aan het woord

Door Dagmar Ebbeling

Voordat we een renovatieplan maken houden we bij voorkeur een enquête onder bewoners. Dit omdat zij de woondeskundigen zijn van de betreffende woningen. Zij kunnen als geen ander aangeven waar de pijnpunten in het gebruik liggen. Dit levert waardevolle informatie op waarmee we de plannen sterker kunnen maken en waarmee we een beter draagvlak voor de te nemen ingrepen kunnen bereiken.

Vaak heeft de corporatie al veel informatie vanuit de onderhoudshistorie en vanuit het klachtenonderhoud. Ook komen tijdens bouwtechnische opnamen al veel punten aan het licht. Echter door het houden van een enquête, mits deze wordt uitgevoerd binnen een bepaald systeem, kunnen resultaten worden vergeleken.  De afgelopen 30 jaar hebben we inmiddels zoveel enquêtes op vergelijkbare wijze gehouden dat we op basis van woningtype, bouwjaar en bewonersgroep al een redelijke inschatting van de algemene beoordelingen kunnen maken. De toegevoegde waarde zijn de verborgen kwaliteiten van de woning die boven komen. Er wordt niet alleen naar de negatieve onderdelen van de woning gevraagd, maar ook naar de positieve zaken. Mensen geven aan waarom ze graag in de woning en in de omgeving wonen.

Lees verder

RENOVEREN IS MEER DAN BOUWEN

Woonserviceconcept als dienstverlening

Door: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

 

Bij groot onderhouds- en renovatieplannen staat het bestek vol met technische gegevens. Er wordt weinig aandacht besteed aan het welbevinden van de bewoner. De handelingen beperken zich tot het minimaliseren van overlast, het gebruik van stofschotten en het beschermen van vloeren. En dan heb je het wel gehad. Terwijl de renovatie bedacht wordt om het woongenot van de bewoner te verbeteren. Over de hele dienstverlening aan de bewoner wordt slechts weinig geregeld tussen opdrachtgever en aanbieder. En juist de specifieke dienstverlening moet de onderscheidende kwaliteit kunnen vormen. Een portie frites wordt anders opgediend bij een cafetaria dan in een restaurant, hoewel de smaak en hoeveelheid identiek kunnen zijn.

De bovengenoemde gedachte kwam op, toen het archief weer eens geraadpleegd werd en het ‘woonservice concept’ weer boven tafel kwam (1). Rond 1990 was er bij de renovatie nog veel aandacht voor de gebruiker/ bewoner. Er was toen überhaupt veel aandacht voor deze vorm van kwaliteitsaanpassing. Na ruim 15 jaar ervaring begon het in die tijd een vak en een dienst te worden. En vervolgens verdween het ineens bijna volledig van het podium en zijn we nu opnieuw het vak en de dienst aan het uitvinden. Vandaar dat er opnieuw aandacht wordt gevraagd voor het ‘woonserviceconcept’, waarin juist de dienstverlening aan de individuele bewoner wordt geregeld. Het gaat dus bij deze dienst niet om de technische keuzemogelijkheden of opties, want dat is nu onderhand wel vanzelfsprekend, maar over de wijze hoe het wonen op een bouwplaats ruimte krijgt. Misschien is het een uitdaging voor alle partijen de WOONSERVICE tijdens de renovatie opnieuw een plaats te geven.

Bron
(1)    BouwhulpGroep

AANTEKENINGEN: LIJNENSPEL, DETAIL EN BEELDKWALITEIT

Auteur: Martin Liebregts

Een serie over de beeldkwaliteit (6)

Woningen, waar mensen kunnen genieten
Als je betrokken bent bij de renovatie van woningen of de aanpassing van bestaande wijken of buurten, dan doe je dat naar mijn opvatting omdat je wilt dat de bewoners ervan kunnen genieten, nu en in de toekomst. Dat moet toch de stelregel zijn. Deze gedachte kwam bij me op naar aanleiding van een interview met Paul Smith, waar hij stelde “Ik maak geen mode, maar kleren waar veel mensen van kunnen genieten, van jong tot oud, van studenten tot rijke zakenmensen” (1). De basis van zijn benadering is te typeren als “letten op de kwaliteit, het begrijpen van de snit en de proportie, naar de toekomst kijken”.
Het gaat dus om de vorm (de wijze waarop een kledingstuk gesneden is) en de verhoudingen die erbij horen. In al zijn ongekunsteldheid, wordt hiermee ook de opgave bij de kwaliteitsaanpassing van de woningvoorraad getypeerd. Oog voor de toekomst, weg met de waan van de dag, gericht op kwaliteit, op de gebruiker en het moet goed in zijn verhoudingen zitten. Als je het zo bekijkt, maakt het bijna niet uit welk ontwerpvak je uitoefent, er gelden dezelfde regels. In die zin is het aardig hoe de beeldkwaliteit bij de aanpak van bestaande woningen beschouwd wordt (2). In dit kader wordt het lijnenspel en het detail aangestipt.

Lees verder

GEVALLETJE ASBEST

van de afdeling communicatie

door Herman van de Ven en Esther van Westen

 

We hebben het de laatste tijd allemaal kunnen volgen in de media: asbest op Kanaleneiland in Utrecht. We horen de afdelingen communicatie bij de gemeente en de woningcorporaties kraken. Moeten de burgemeester en de directeur van de corporatie terugkomen van vakantie? Jazeker! Het was tenslotte ook komkommertijd voor de media. Reken er maar op dat de NOS, RTL 4 en SBS6 bellen of onverwacht voor je deur staan; Eindelijk is er weer wat te doen!
Als journalisten niet in Zuid-Frankrijk kamperen, zijn ze waarschijnlijk gewoon aan het werk. Pech is wel dat in komkommertijd alles lekker breed uit wordt gemeten. Als afdeling communicatie heb je het dan druk. Eigenlijk wel leuk, dan kun je als organisatie laten zien hoeveel je om bewoners geeft.

Nu is asbest ook best een naar spulletje en zeker op Kanaleneiland in Utrecht, waarbij TNO al niet begreep waarom er zo’n extreem spul gebruikt is. In de tijd van de revolutiebouw na de tweede wereldoorlog was kwantiteit belangrijker dan kwaliteit, en geef nou toe; wat wisten we toen van de gevaren van asbest?

Als communicatieadviseur heb je het dan dus druk. Protocollen doornemen, vragen van journalisten noteren en terugkoppelen met je directie en de journalisten. Strategie bepalen, contact met bewoners, bewonersbijeenkomsten organiseren, directie adviseren, persconferenties beleggen, persberichten schrijven, 24 uur per dag beschikbaar; zeg maar. Druk, druk, druk met de pers. Maar leuk druk!

De kern
De kern is natuurlijk dat je gewoon doet wat je moet doen als organisatie, namelijk voor de bewoners zorgen. Ze onderbrengen, uitleggen wat er aan de hand is, 24 uur per dag open staan voor vragen en ze helpen. En de meest gekke vragen beantwoorden: “ja de hond, de kat, het konijn, de cavia brengen we onder, inderdaad die kunnen ook ziek worden.”
Maar sommige dingen zijn echter ook niet uit te leggen. Wanneer iedereen in een straal van 100 meter tijdelijk het huis uit moet vanwege besmettingsgevaar, waarom woon jij dan wel veilig op 101 meter afstand? Begin d’r maar eens aan……….

OP ZOEK NAAR CONSENSUS ZONDER VOOROORDELEN

Door Roel Simons en Jorg van Waas

Het is woensdagavond acht uur en we bevinden ons in het buurthuis van de wijk. Twintig bewoners wachten op uitleg van de architect over de aanpak van hún woningen. Na verschillende bijeenkomsten is dit de avond dat het ontwerp als geheel wordt gepresenteerd. Een algemeen basisplan voor alle woningen in de wijk, dat tot stand is gekomen door de aanwezige cultuurhistorie , een monumentenstatus, een kader voor de gehele wijk, maar ook door de bewoners zelf.

De renovatie van een bestaande wijk omvat voor de ontwerper meer dan het maken van alleen een ontwerp. Hij onderzoekt de historie en de structuur van de wijk en vormt een visie. De bewoners vormen een wezenlijk onderdeel van de wijk en kennen hun woningen door en door. Communicatie met bewoners start dan ook nooit zonder vooroordelen van beide partijen. Bij de totstandkoming van een renovatieplan is het zaak dat er overeenstemming ontstaat over de invulling van de renovatie. Zowel de bewoner als de ontwerper moet zo neutraal mogelijk het plan benaderen en leren kijken en luisteren naar de ideeën van de ander. Samen ga je op zoek naar een consensus waarbij de vooroordelen opzij worden gezet en beide partijen bereid zijn hun eigen standpunt te heroverwegen.

 

Lees verder